Niels van Buren over doelen stellen, bergbeklimmen en het (bedrijfs)leven
Projectmanagement Bouw en Civiel
Projectmanagement Bouw en Civiel
Afgelopen donderdag luisterden we met de Project management Bouw & Civiel community via livestream naar een inspirerend verhaal over tegenslag, BHAGS (oftewel: Big Hairy Audacious Goals) en teamwork. Niels van Buren zette in 2016 zijn eigen tegenslag om in overwinning en klom als eerste man met een diagnose MS (Multiple Sclerose) de Mount Everest. Tegenwoordig zet hij zich in voor doelen dichterbij huis. Na de online lezing spraken we met Niels over hoe het beklimmen van een berg eigenlijk ook een hele goede metafoor is voor het (bedrijfs)leven.
“De grootste tegenslag van mijn leven heeft ervoor gezorgd dat ik mezelf beter heb leren kennen en nu doe ik wat ik écht belangrijk vind. Zo ben ik van bankier bij ING, sociaal ondernemer geworden. Ik heb een goedlopend bedrijf met 25 man personeel, waarvan de meerderheid autisme heeft. En natuurlijk heb ik mijn grootste droom, het beklimmen van de Mount Everest, gerealiseerd.”
“Ik heb mijn BHAG opgeknipt in subdoelen. Door steeds bekender te raken met de situatie wordt het steeds meer behapbaar. Zo heb ik de route uitgestippeld naar het uiteindelijke doel.
In die tijd waren er geen kant en klare trainingen op het gebied van alpinisme beschikbaar, dus ben ik eerst met experts in gesprek gegaan. De twee belangrijkste onderdelen van het project zijn: het opdoen van alpine-ervaring en het opbouwen van conditie. Dat eerste kun je in Nederland niet doen, daarvoor moet je de bergen in - op expeditie. Ik ben begonnen met de Kilimanjaro, daarna de eerste alpineberg, toen de Mont Blanc. Ik heb geleerd hoe je je eigen eten moet maken en hoe het is om in een tent te slapen in de kou. Thuis bouwde ik conditie op. Dit heb ik opgeknipt tot wekelijkse, zelfs dagelijkse doelen. Ik trainde 5 á 6x per week mijn wandklimtechniek, conditie en kracht.
Daarnaast klim je de Mount Everest niet in je eentje, het is een teamprestatie. Je hebt je succes te danken aan het sherpa ondersteuningsteam en de immense logistieke operatie die eraan vastzit. Denk hierbij aan een groot basiskamp met allerlei voorzieningen, helikoptertransport, satellietverbindingen, weersvoorspellingen, hi-tech, lichtgewicht materiaal en kleding. Ten opzichte van dertig, veertig jaar geleden is dit een stuk beter. Dit zal zich ook wel blijven ontwikkelen.”
“Ik geloof dat als je weet waar je heen gaat en waarom, het dan niet zozeer uitmaakt of je het ook daadwerkelijk bereikt. Het gaat erom wat je doet in de tussentijd, of je geniet van het proces, of je dat met leuke mensen doet en of je toegevoegde waarde levert voor je omgeving.
Ik heb drie jaar lang getraind voor deze expeditie, waarvan ik 45 minuten op de top was. Als die drie jaar niet leuk waren, dan zijn die 45 minuten toch een hele schrale beloning, vind je niet? Mijn punt is, als je niet kan genieten, of met energie of vrolijkheid terug kan kijken op de reis of het proces, dan was het doel het waarschijnlijk ook niet waard.”
“Wanneer je ergens veel tijd, geld of energie in hebt geïnvesteerd, is het altijd lastig te bepalen wanneer het risico de beloning overstijgt. Ik denk dat je je bewust moet zijn van de risico's die iets met zich meebrengt, deze uitsluiten waar mogelijk en van de overige accepteren dat ze er zijn. Het is hetzelfde in het bedrijfsleven. Dan zorg je ook dat je goed voorbereid aan iets begint en breng je risico's in kaart. Maar vaak komt het uiteindelijk toch op het moment zelf aan dat je de afweging en beslissing maakt.”
“Om verandering te bewerkstelligen moet je niet streven naar volledige consensus. Als je 20 á 30% aan boord hebt, volgt de rest vanzelf. Voor het beklimmen van de Kilimanjaro waren we met zijn negenen. Destijds is het idee van een stichting (Mission Summit) geboren, om geld op te halen voor onderzoek naar MS. Ik had voor mijzelf bedacht dat het een uitdagend doel moest zijn en stelde een bedrag van 50.000 euro voor. Bleek dat er ook iemand was die dacht dat we 500 euro gingen ophalen. Uiteindelijk kreeg ik twee of drie mensen mee in mijn idee en wij zijn aan de slag gegaan. Toen dat goed ging is de rest gevolgd.”
“Ondanks dat ik nog graag bergen beklim, richt ik me voor nu op andere zaken. Ik heb twee dochtertjes, en ik zet me veel in voor het bedrijf dat ik nu heb. We laten daarmee aan het bedrijfsleven zien dat je een succesvol, professioneel bedrijf kan runnen met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. We willen dat autisme niet meer gezien wordt als beperking maar als competentie, vergelijkbaar met het werk van de Brunel Foundation.”
“Om in de berg-metaforen te blijven: wanneer je scherp hebt waarvoor je iets doet, kun je tot hele hoge hoogtes stijgen. Dit vertaalt zich door in het bedrijfsleven. Als het alleen maar om geld draait, ben je uiteindelijk altijd de verliezer. Het onderscheidend vermogen is zorgen dat je de juiste community’s en de juiste cultuur hebt. Dat mensen zeggen: ‘hiér wil ik bij horen, dít is het gezamenlijke doel dat we nastreven’. De toegevoegde waarde zit in impact maken. Aandeelhouders zijn daar onderdeel van, maar maatschappelijke waarde is veel belangrijker. Ik vind het ook mooi om te zien wat Brunel daarmee doet, zoals het Solar Team en het werk dat de Foundation doet voor mensen met autisme.
Het allerbelangrijkste is: wees trouw aan jezelf. Ik realiseer me ook dat binnen een resultaatgerichte of competitieve organisatie je soms jezelf voorbij rent. Doe iets wat bij je past. Wees daarin ook eerlijk tegenover jezelf en durf eerlijk tegenover anderen te zijn. Er zit een enorme kracht in kwetsbaarheid. Als we die meer durven te benoemen en binnen teams onszelf durven te zijn, dan komen we er samen als winnaars uit.”